Welk landbouw- en voedselbeleid willen de Vlaamse partijen?
In het kader van de verkiezingen vroegen we de Vlaamse partijen naar hun landbouw- en voedingsplannen. Ineke Maes licht de discussie toe.
Agro-ecologie?
Geen enkele partij staat negatief tegenover onze vraag naar meer agro-ecologie, een duurzame manier om aan landbouw te doen. Cd&v merkt in hun argumentatie op dat de term geen algemeen aanvaarde betekenis heeft, wat vermoedelijk mede leidde tot deze onverwachte eensgezindheid. Geen wonder. Aangezien de huidige regeringspartijen geen werk maakten van een integrale, duurzame landbouwvisie met inbreng van experts, hebben we inderdaad geen helder beeld van hoe een agro-ecologische omschakeling in Vlaanderen er uit ziet.
Versnippering, excuus of uitdaging?
Bufferzones die burgers beschermen tegen pesticiden en andere schadelijke stoffen vinden alle partijen top, behalve Open Vld, dat deze richting totaal afkeurt en verwijst naar de versnipperde ruimtelijke ordening. Wil Open Vld deze ruimtelijke wanorde dan rechttrekken via een geloofwaardige bouwshift? Die noodzakelijke aanvulling lezen we helaas niet.
Ook andere partijen lijken licht over dit voorstel te gaan. Er was reeds kans om deze legislatuur een daadkrachtig Vlaams pesticidenplan op tafel te leggen; die kans heeft de Vlaamse regering laten liggen. Niet erg geloofwaardig dat men in een volgende legislatuur bijna als een blok achter doortastender maatregelen zou staan. Dat minder pesticiden positief zouden zijn voor de gezondheid, en men dus de wetenschappelijke staving daarvan erkent, is op zich positief natuurlijk- al lezen we in deze studie van het INBO dat aanvullende maatregelen sowieso noodzakelijk zouden blijven. Waar blijven de plannen die meerdere problematieken tegelijk omvatten? Wat ons weer bij agro-ecologie brengt, en bij de broodnodige totaalvisie. Misschien heeft de Open Vld gelijk en moet eerder voor eenvoud worden gegaan. De hele Vlaamse bevolking op termijn als een kwetsbare groep en het grondgebied als één bufferzone zien? Complexe problemen vragen om gedurfde oplossingen. Wie berekent de baten voor de ganse maatschappij?
Wat schaft de pot?
Alleen Groen wil consumptie- of productiequota om plantaardige voeding te stimuleren. De andere partijen spreken liever van sensibilisering, vermindering van export naar het buitenland of het aanbieden van plantaardige voeding op scholen. Toch is klassieke sensibilisatie onvoldoende en alles laten afhangen van langzame maatschappelijk-culturele evoluties te mager. Durf als overheid verantwoordelijkheid nemen en zorg dat de plantaardige keten er staat, van boer tot bord.
Over afbouw van de veestapel zijn de meningen erg verdeeld: cd&v, N-VA en PVDA vinden een reductie van 50% tegen 2030 onrealistisch of onwenselijk zonder ondersteunend beleid. Ze vinden dat een vermindering van de veestapel in Vlaanderen niet gewoon mag leiden tot toegenomen productie elders in de wereld. Groen en Vooruit zien dat wel zitten, Open Vld nuanceert. Eigenlijk pleit deze stand van zaken sterk voor het inzetten op meer plantaardige eiwitbronnen in ons dieet. Als consumenten deze omarmen, neemt de vraag naar dierlijk eiwit af en houdt het argument dat de productie zich zou verplaatsen naar elders in de wereld, veel minder steek. Minder dierlijk eiwit, meer plantaardig: het moet een en-en-verhaal worden in de komende regeringsonderhandelingen. Met de milieu- klimaat- en gezondheidsvoordelen voor ogen is dat een no-brainer — de economische kant van de zaak zal een serieus ondersteuningsbeleid vergen dat duidelijkheid moet bieden aan landbouwers en aanverwante sectoren.
Voedselverspilling is een keuze, niet alleen van consumenten, maar ook van de overheid
Alle partijen zeggen voedselverspilling tegen te willengaan, maar Open Vld en cd&v vinden het niet wenselijk hiervoor verplichtingen en regels te gebruiken. N-VA laat de deur op een kier. De wil lijkt er te zijn, nu de doortastendheid nog. Inzetten op preventie is de sleutel. België bungelt aan het staartje van de Europese klas in dit dossier; de partijen kunnen nog snel bij de beste leerlingen inspiratie opdoen. Frankrijk en Noorwegen hebben een duidelijk beleid, Denemarken haalde al goede resultaten. We rekenen op een plan dat qua ambitie duidelijk erkent dat het verlies van een derde van het werk van landbouwers onaanvaardbaar is, net als de onnodig grote inzet van productiefactoren als mest en grond die met verlies en verspilling gepaard gaan.
Deze partijwijzer maakt deel uit van de brede publiekscampagne ‘Ik verdien meer’. Deze campagne is opgezet door de milieu- en natuurbeweging en diverse middenveldorganisaties die ijveren voor een sociaal rechtvaardige en duurzame toekomst. Samen willen we politici aansporen om in de volgende legislatuur een topprioriteit te maken van een klimaat- en natuurbeleid dat niemand achterlaat.
Ineke Maes